Kerststronk

‘Ik hoop dat jullie wat kunnen uitrusten in België’ zegt een eigenaar van het vakantiepark voordat we richting het noorden vertrekken. Ik doe eigenlijk geen moeite meer om uit te leggen dat naar België gaan tijdens de kerstdagen zowat het tegenovergestelde is van ‘rust’. Elk jaar opnieuw neem ik me voor om in onze overdrukke agenda wat ‘gaatjes van ontspanning’ in te lassen maar voor je het weet heb je weer een ontbijt date, een lunch date en een diner date, aaneengeregen met snelle koffies en cavatjes tussendoor. Gezellig is het zeker en mijn hart maakt telkens een sprongetje als ik iedereen weer zie, hoe kort of hoe lang dat ook moge zijn, maar het is ook zeer vermoeiend en mijn lever smeekt na twee dagen al om vakantie.

De kinderen zijn weer een ander paar mouwen. Jaren werden die overal mee naartoe gezeuld en sliepen die op een zetel hier en een luchtmatrasje daar. Die tijden zijn voorgoed verdwenen. Dus voordat ik iedereen weet te motiveren om mee te komen gaan er heel veel onderhandelingen aan vooraf. Een eigen kamer: check. Maar één keer per dag op appèl: check. En 1 ‘chilldag’ waarop niets moet: check.

Dan breekt de grote dag aan en ik kan mijn verbazing amper verbergen als alle drie de zonen om 6u in de auto zitten en wij het vakantiepark perfect op schema kunnen verlaten. Deze keer geen halfuur op iemands deur moeten bonken om vervolgens een puber met een rotslecht humeur gedurende 12 uren op de achterbank te hebben. Neen, deze vakantie kent een smetteloze start. Ik ben in mijn nopjes.

Maar je geluk kan op elk moment keren, dat weet iedereen die een beetje oplet in het leven. Na drie uur rijden, net voorbij Valence, neem ik een hap van een banaan, zo eentje met bruine schil die ik snel nog mee ritste uit de fruitschaal want fruit weggooien doe ik niet graag, als we plots iets horen aan de rechterkant van de wagen. Ik denk aan een platte band maar het ratelende geluid wordt luider en luider en een ik lokaliseer het nu toch onder de motorkap. Ik gil: ‘aan de kant, nuuuuu!’, de jongens verschieten zich een bult en veren recht en die bruine banaan vliegt door de auto.

En natuurlijk is er geen pechstrook als je er één nodig hebt en pas als we de brug zijn over gerold, vallen we net op het eerste stukje pechstrook dat weer opdoemt, stil. Het is super druk die zaterdag de 23ste, het lijkt wel of heel Frankrijk ‘en route’ is dus we kruipen snel achter de vangrekken, tussen een bos braamstruiken waar we allemaal in verstrengeld raken.

Het gaat hier om een splinternieuwe tweedehandswagen, sinds een maand in ons bezit en we realiseren ons dat we nooit het verzekeringspapier hebben aangekregen met het telefoonnummer van de takeldienst. Dus verstrengeld tussen de bramen en met zuchtende tieners op de achtergrond begint onze belronde op zoek naar een verzekeringskantoor dat open is op de zaterdag voor kerstmis. Drie kwartier verder en veel onverstaanbare telefoongesprekken later (die voorbijsnellende auto’s maken een hels lawaai) blijken we gewoon de gendarmerie te moeten bellen want enkel geaggregeerde dépannagediensten mogen werken op de Franse autostrades. Ik bel dus #17 en ik hoef niet uit te leggen wat er aan de hand is want ze zijn al op de hoogte gebracht dat er 5 reizigers gestrand zijn in de vrieskou en tussen de braamstruiken geklemd staan op het eerste stukje pechstrook achter de brug.

Dertig minuten later komt een takelwagen, geheel in kerstsfeer met al zijn flikkerende lichtjes en felle kleuren, ons ophalen. Noodgedwongen moeten we mee naar het volgende gezin dat gestrand is omdat ze hun huurauto vulden met benzine in plaats van diesel. Ne mens zou van minder verward raken met al die kerststress maar de dépanneur doet gouden zaken en fluit er lustig op los.

Gelukkig kan je voor 40 cent een warme chocolademelk krijgen in het wachtzaaltje van het dépot waar wij en onze kapotte wagen worden gedropt, want de kerstsfeer is ondertussen ver onder het vriespunt gezakt nadat de fluitende dépanneur ons verkondigd heeft dat de splinternieuwe tweedehandswagen waarschijnlijk goed is voor de schroot en de verzekeringsmaatschappij ons gemeld heeft dat ze enkel een vervangwagen voorzien om ons terug naar huis te brengen mits we nog niet over de helft van onze reis zijn.

Drie uren terug naar het zuiden om daar een andere wagen te huren en vervolgens weer van nul beginnen? Niet dus. Ettelijke telefoontjes en veel binnensmonds gevloek later vinden we bij een SuperU in de buurt nog één huurauto. Oef! Er lijkt schot in de zaak te komen en de huurprijs valt mee. Bert vertrekt met een taxi en de jongens drinken hun 5e chocomelk en staren lang uitgezakt en zuchtend naar hun (godzijdank voor de!) schermpjes.

Onder luid getoeter kondigt Bert zijn aankomst aan en wij stormen met valiezen, kerstcadeaus en donzen naar buiten om dan stil te vallen als we de omvang van de huurwagen vaststellen. Bert wil het niet horen en probeert alsnog, tetris gewijs, de valiezen in het koffertje te puzzelen maar als na twee valiezen het koffertje reeds vol zit, keren de jongens sloffend terug naar het chocolademelkautomaat voor een zesde refill en strooien wat verwijten rond: ‘Mama waarom moet jij ook zo’n grote valies meenemen? Wat zit daar eigenlijk allemaal in? En je yogamat?! Precies of jij in België yoga gaat doen?!’

Ondertussen zijn we vier uren verder en ik reken dat we al voorbij Nancy, misschien zelfs Metz zouden geweest zijn maar ik sta nu wanhopig te bellen naast een chocolademelk automaat en schreeuwende pubers die naar huis willen want ‘Kerst is f**cking boring man!’ Maar dan: bingo! Bij Hertz hebben ze nog twee auto’s, maar wel enkel ‘groooooote’ wagens meldt de aanstekelijk enthousiaste telefoniste en ik maak bijna een sprong in de lucht.

Ik duw nog wat geld in het chocolademelkautomaat en rijd dan samen met Bert naar het Hertz filiaal aan de andere kant van Valence. De ‘groooooote’ auto blijkt niet veel groter dan die van de SuperU maar hij kost wel twee keer zoveel (slik) en met verzekering erbij drie keer zoveel (slik slik) maar we hebben geen keuze want elke centimeter telt nu. Bij de SuperU rekenen ze, ondanks onze verwoede pogingen tot begrip, toch één dag aan voor de 45 minuten dat we hun mini wagentje gebruikt hebben. (slik slik slik).

Wat een goedkope kerstweek zou moeten worden met een huizenruil zal waarschijnlijk de geschiedenis in gaan als één van onze duurste kerstweken ooit maar de 24ste zitten we toch wel met de hele familie aan de kersttafel en ben ik na de laatste hap van de Kerststronk deze zure appel alweer vergeten. Of bijna toch.

Zoals verschenen op AuParleur.be

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.