De eeuwige jachtvelden

Er zijn weinig momenten waarop je duidelijk voelt dat het idee van controle te hebben over het leven een illusie is, maar twee duidelijke voorbeelden daarvan zijn: ter wereld komen en deze weer verlaten. Twee momenten die ook onlosmakend met elkaar verbonden zijn. Want vanaf je geboren wordt, ligt ook meteen vast dat je ooit zult sterven.

En iedereen doet het op zijn eigen, unieke manier en je kan niet voorspellen hoe het verloop zal zijn.

Ik dacht ook goed voorbereid te zijn op mijn thuisbevallingen met mijn cursussen haptonomie, ademhalingsoefeningen en bevallingsyoga. ‘Dit wordt een fluitje van een cent’ zei ik tegen mezelf. Niet dus. Ik veranderde in een soort loeiend oerdier dat aan de plafondbalken en trap wilde hangen of wegkroop in een donker hoekje. En owee als Bert me liefdevol probeerde te ondersteunen, ik beet bijna zijn hand eraf. En toen bij de oudste de pijn op zijn hoogtepunt was dreigde ik ermee om uit het raam te springen omdat niemand mijn buik wilde opensnijden om dat kind eruit te halen. Dus neen, voor mij geen rustige, roze wolk bevallingen met op de achtergrond klaterende zenmuziek.

Mijn vader bereidde zijn dood tot in de puntjes voor. Hij nam tijdens de jaren van ziekzijn de tijd om van iedereen afscheid te nemen, schreef zijn eigen begrafenis uit en besliste op tijd om uit het leven te stappen. Mijn schoonvader kon niet praten over zijn nakend einde en liet alles op zich afkomen. Toen we hem naar de palliatieve afdeling brachten voelde hij zich schuldig want ‘zo ziek was hij nu toch niet?’. Maar een week later blies hij daar zijn laatste adem uit.

Bert bracht afgelopen maandag zijn moeder naar de palliatieve afdeling. Al die jaren van ziek zijn bleef ze alleen thuis en vol goede moed maakte ze van elke dag iets moois ook al werd haar wereld maar kleiner en kleiner. Maar dan is het op. De pijn die de alles verterende kanker aan het lichaam toebrengt neemt de bovenhand en kraakt een mens. Gelukkig bestaat er zoiets als pijnbestrijding en ik weet dat ik ook zou tekenen voor die ‘high’ tijdens mijn laatste dagen.

En als omstaanders leven wij nu in een wereld van ‘stand by’ zijn. We proberen om een afscheid met de kinderen te plannen maar de dood laat zich niet in een agenda wringen. Je hele leven staat ‘on hold’ en je leeft in een roes die alle dagdagelijkse beslommeringen zo onbenullig maakt.

Sterven is bevallen van het verdwijnen, van het niet-meer zijn, van het totaal onbekende. Mijn vroedvrouw zei ooit: als we geboren worden sterven we ook tegelijk. Want als je aan het ongeboren kind in de buik zou zeggen dat het ooit niet meer in het water gaat leven, dat het niet meer gevoed gaat worden via de navelstreng maar via de mond, dat het ooit lucht gaat ademen en in het zonlicht gaat rondwandelen, denkt dat kind ook dat je niet spoort. Dat ongeboren kind moet het leven in de buik ook voorgoed verlaten om een nieuwe start te kunnen maken. En sindsdien kijk ik ook zo naar de dood. Wie weet wat er ons nog allemaal te wachten staat? Ik wens Annie, mijn schoonmoeder, alvast de mooiste eeuwige jachtvelden toe waar ze met open armen ontvangen mag worden door iedereen die wij hier al moeten missen.

Zoals verschenen op auparleur.be

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.