De laatste dag.

“My mother was my first country. The first place I ever lived.” Nayyirah Waheed.


Zondagochtend. Ik lig in mijn bed terwijl het buiten waait en regent. De wind stuwt donkere wolken in een snel tempo voorbij het slaapkamerraam. Mijn huid gloeit nog na van de zon van gisteren en ik ben blij voor de zaailingen en babyplantjes die ik een vaste stek gaf in mijn moestuin. Dat blijft toch ook wat ‘mama spelen’ dat tuinieren.

Het is moederkesdag. Allez, de eerste van het jaar want wij vieren dat twee keer. Ergens in mei zoals de meeste mensen en ergens in augustus, onder de Antwerpenaren. Echte gelukzakken die moeders van ons!

Mijn moeder is door het corona virus gestrand in een Zwitsers bergdorp. Ook zij is gedwongen om een stapje terug te zetten en moest haar vele reis- en werkplannen overboord gooien. Maar ze heeft de tijd van haar leven, dat stellen wij, haar vier dochters, vast als we haar op ons schermpje zien tijdens een zoom moment. Er wordt elke dag voor haar gekookt, ze maakt wandelingen in de frisse berglucht en mama zou mama niet zijn als ze er daar ook weer in no time in geslaagd is een heel netwerk uit te bouwen en actief te zijn op verschillende fronten. En zo is er misschien ook een mogelijkheid dat ze naar hier zou kunnen komen. Iemand uit de theaterwereld moet af en toe voor zijn werk de grens met Zwitserland over en stelde voor om mama naar Frankrijk te brengen. Ik stel me dan gniffelend voor hoe hij aan de grenspost uitlegt dat mijn moeder deel uitmaakt van zijn theatergezelschap en mama een paar theatrale zinnen met zwierige armgebaren laat afvuren.

Mijn schoonmoeder is na lang gescheiden te zijn geweest van haar geliefde nu eindelijk weer herenigd. Tijdens de scheiding aten ze dan wel samen via hun scherm maar de eenzaamheid en het gebrek aan fysiek contact begonnen wel door te wegen. We blijven nu eenmaal sociale wezens die lichamelijke nabijheid nodig hebben om te kunnen overleven.

En dan is er nog mijn grootmoeder, midden in de negentig, die iedereen laat schrikken door te vallen. Het einde lijkt te naderen. Het verzorgingstehuis beslist dat twee van haar dochters onder de striktste voorwaarden worden toegelaten om haar nog even te zien. Ze zijn er, terecht, doodsbang, om het virus binnen te halen. Met gesloten ogen ligt ze schijnbaar slapend op haar bed. Tot ze plots meldt ‘dat ze nog niet aan het doodgaan is’. En ik kan me de opgeluchte glimlach van mijn tantes zo voor de geest halen. Ook hier lijkt niet het corona virus maar de eenzaamheid de grootste boosdoener te zijn.

En ook wij snakken naar wat meer bewegingsvrijheid en nabijheid van familie en vrienden. Want ook al zijn wij die afstand ondertussen gewoon na jaren in het buitenland te wonen, er is toch een verschil in gevoel als die afstand vrijwillig of opgelegd is.

Morgen is het dan eindelijk zo ver, na 55 dagen ‘confinement’ gaan we de eerste fase van de ‘déconfinement’ in: scholen gaan beperkt weer open alsook de meeste winkels. En omdat ons département de groene kleur kreeg, mogen we tot een straal van 100km van onze woning komen. Toch blijft het chaotisch en onduidelijk.

Op de school van Gust, mijn jongste, kunnen maar een 40 van de meer dan 250 leerlingen terecht als ze de sanitaire voorschriften willen handhaven. We beslissen om hem verder thuisonderwijs te geven en zijn plaats te geven aan ouders die niet van thuis uit werken zoals wijzelf.

Fons, de oudste, mag misschien begin juni weer naar school. Hij zal altijd behoren tot dat uitzonderlijke schooljaar waarin voor de laatstejaars op het college, de examens tot het behalen van het ‘Diplome national du Brevet’ geschrapt zijn door het corona virus.

En Jules wilt niets liever dan terug naar school om zijn vrienden weer te zien. Dat zou moeten lukken vanaf 18 mei al is het niet duidelijk of de schoolbussen zullen rijden en of hij op school zal kunnen eten. Maar de mondmaskers liggen in ieder geval klaar.

Voor mij zal het toch weer aanpassen zijn om die kuikens los te laten. Twee maanden lang zaten ze veilig en wel dicht bij ons. De banden zijn nu extra stevig aangehaald, de routine gevestigd. Al gaat het natuurlijk ook deugddoend om dat kot ooit weer eens even voor onszelf te hebben. Want: ‘Als de kuikens van huis zijn, dan dansen de kip en de haan’ of zoiets…

3 replies on “ De laatste dag. ”
  1. wauw Swaane dit is weer heel mooi vertolk wat er allemaal zoal afspeelt een 1300 km van hier en het leven blijft boeiend zelfs op moederdag .. Blijf schrijven dat is één van je talenten xxx kusjes aan allen

  2. Haha, dan dansen de kip en de haan 🙂 Mooi geschreven! Blij voor jullie dat jullie een straal van 100km vrijheid hebben vanaf nu.
    En heel herkenbaar, wat een verschil in gevoel het is of de afstand vrijwillig of opgelegd is. Ik heb de afstand tussen België en Zwitserland altijd relatief “klein” gevonden, omdat je makkelijk met de auto of trein ernaartoe kan reizen, omdat je in dezelfde tijdszones zit en skypen dus geen praktische problemen oplevert e.d. Maar nu, nu is het ineens heel ver weg. Want of ik het nu wil of niet, ik kan niet naar daar, ik word aan de grens gewoon tegengehouden, want mijn eigen familie zien is plots “niet essentieel”. Heel bizar gevoel.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.