Het regent en waait als we Jozef naar de eeuwige jachtvelden begeleiden. Gevolgd door mannetjes van dun papier en een streepje muziek. Vooraleer Jozef de vallei invliegt maakt hij nog een kleine draaibeweging rond Bert en dan, zoef, weg is hij. Voor altijd zo vrij als een vogel en toch dicht bij ons.
Ik verwacht me aan treurnis en neerslachtigheid maar we stromen over van energie en daadkracht. Werk en schoolwerk inhalen. Redden wat er te redden valt in de moestuin want ook hier was het te lang koud. Onze berg gaat men te lijf met grof geschut. Er wordt een grote hap uitgesneden zodat we er kunnen kamperen tijdens de zomer en dan we stuiten op een kleine bron. En dat is heerlijk nieuws want het wordt warm en er is nog geen water op onze grond. We zeulen met emmers en gieters water uit een klein beekje naar boven. Beelden uit de film ‘Manon des Sources’ flitsen voor mijn ogen. Even zie ik in Jacky de perfecte muilezel, zo groot en struis als ze nu is. Jacky die na haar laatste zwangerschap dringend op dieet moet maar op onverklaarbare reden maar niets afvalt. Tot we ontdekken dat ze overal haar restjes eten krijgt: ze smult mee uit de potten van Bernadette, kent alle bakjes met poezeneten uit de buurt en graaft overal haar verborgen schatten op die ze opzij had gelegd voor barre tijden. Zo ook een volledig nog ingepakte kaas, gestolen bij Hanne en Jonas om deze nadien rustig te kunnen degusteren.
Ik vertrek met Gust naar Brussel om papa te bezoeken. Gust de kleine Mowgli voor wie de stad één grote speeltuin is bezorgt me geregeld een kleine hartstilstand. Hij rent van hier naar daar. Begrijpt het nut niet van verkeerslichten noch het gevaar van straten vol auto’s. Hij klimt overal op en onder. Roept en wijst naar ziekenwagens en vliegtuigen en staart vol ontzag naar politie agenten en hun wapens. Hij is zo gewoon van overal in de natuur te kunnen plassen dat hij dikwijls weigert om een toilet te gebruiken. Als noodoplossing mag hij plassen in de bloempotjes op papa’s terras. Drie verdiepingen hoog in hartje Brussel druppelt zijn pipi van terras op terras naar beneden.
Als ik mijn vader zie dan voelt het alsof ik een stomp in mijn maag krijg en mijn hart er wordt uitgerukt. Papa verliest woorden en beschrijft het zelf alsof hij steeds de trein mist. Ze ontglippen hem en verdwijnen voor altijd in de stilte. Ik vraag me af hoe het leven is in een hoofd met steeds meer gaten en in een lijf dat stilaan versteent. Er resten enkel nog eilandjes van helderheid waar hij af en toe op aanspoelt terwijl hij ronddobbert op een grote oceaan van flarden herinneringen en vage gedachten. Niets hangt nog samen. Diep in zijn hoofd zijn er fossielen van onvoorwaardelijke liefdes en oude grotten met rotstekeningen van de mooiste momenten uit een mensenleven. Deze dingen doorstaan de tand des tijd, de orkanen en stormen van een aftakelend lichaam. Deze lichtjes van liefde zijn het enigste dat nog telt. Want uiteindelijk wordt de navelstreng met kinderen en geliefden nooit echt doorgeknipt, hij verplaatst zich gewoon van de buik naar het hart.
Ach Swaane lief en Bert en kindertjes, mijn gemoed schiet vol als ik het laatste verslag lees, afscheid nemen, iemand stukje bij beetje verliezen, ik ken het en toch heb ik geen woorden van troost. Ik zie dan wel de foto’s van jullie kinderen tussen bloemen, vol leven, vol van alles wat jullie meekregen van jullie ouders, en zo leeft alles weer verder. We denken veel aan jullie, missen jullie, knuffel en kus van Patricia en co.
Jullie hebben het ginder nog steeds naar de zin blijkbaar. Spijtig evenwel van Swaane’s papa. Veel moed én plezier evenwel bij alles wat jullie ondernemen!
Lief Swaantje, mooi, die pen van jou. Ik ben ontroerd en wil je vastpakken. Tot snel en tot babbels aan de telefoon xxx
xxx! xxx
Beste Familie,
Via broer Koen kregen we reeds verslag over de uitstrooiing van jullie papa – opa en mijn goede schoonbroer.
Aan de hand van de foto’s kun je ook aanvoelen dat het een intens moment was met mooie rituelen die eerder vreugde dan pijn opriepen.
We volgen ook graag de evolutie van de werken aan jullie droomhuis in de zeer mooie Ardèche waarvan wij de schoonheid en de zuivere lucht hebben mogen opnemen tijdens de eerste week van juni. Het weder was toen zeer mooi. Een ontmoeting met jullie is ons echter niet gelukt daar we te ver afgelegen waren en ook gebonden aan de groepsreis met elke dag een andere planning.
Swaane, ook wij leven erg mee met jullie nu je niet alleen Berts vader maar nu ook je eigen vader stilaan moet loslaten.
Momenteel wonen wij in Brasschaat om voor Koens katten te zorgen terwijl hij op reis is. Reeds 2 dagen echter zien we er een niet meer terug, doch vinden we wel haar kakjes terug in haar bak. We hebben dus nog hoop.
Brasschaat is een zeer groene gemeente en biedt meer dan onze omgeving de gelegenheid om mooie fietstochten te doen. ‘t Is echt een luchtkuur.
Swaane, we genieten van jouw zeer mooie verslagjes. Annie stuurt ze op ons aanvraag door.
Dikke kussen aan jullie allen. Wat zullen Fons, Jules en Gustje kunnen ravotten.
Gratis bijgeleverd met één van Jacky’s puppies hebben we nu ook inzicht in jullie avonturen, jullie leven op de nieuwe stek, jullie waarden en hoe jullie omgaan met vreugde en verdriet.
Daarom wil ik hier ook graag ons medeleven betuigen met het heengaan van de ene vader, en nog heel veel moed toewensen bij het bijstaan en langzaam loslaten van de andere.
Fijn om getuige te mogen zijn van de intense en mooie manier waarop jullie dit doorleven.
Groetjes, Jaclien