Mijn meisje

‘Vind je het nog fijn om handjes te geven?’ vraag ik en ze antwoordt door haar handje in het mijne te laten glijden. Er zijn weinig dingen die het gevoel kunnen evenaren om vijf dagen mij een beetje moeder te voelen van een dochter. Samen met mijn 10-jarig petekind Billie wandel ik de supermarkt binnen waarna ze met een knuffel en een berg suikervrije koekjes weer buiten wandelt. Want mijn lieve plusdochter heeft diabetes van het type 1, ongeneeslijk en ze zal vooralsnog moeten leven met eten afwegen op de weegschaal, rekensommen en prikken. Als een pro duwt ze nu al zelf die spuit in haar been en als er daar te veel blauwe plekken zijn, wat hoger in haar buik. Zij verroert al lang geen vin meer, maar mijn moederhart krimpt elke keer nog in elkaar. Als ’s avonds haar sensor opnieuw moet geprikt worden, verbijt ze haar tranen in een kussen en beloof ik haar, uit onmacht en om haar wat af te leiden van de pijn, de zachte dinosaurusdraak waar ze die ochtend haar handjes over liet glijden.

Maar zoals alleen kinderen dat kunnen, danst ze ondanks alle ongemakken als een vrolijk, steeds langer wordend, elfje door het leven. Billie is gek op dieren, dus het was voorbestemd dat zij de meter van Belle zou worden. Ze bemerkt dat beide gezinnen evenveel dieren hebben nu: drie katten en een hond, en de moeders voegen daaraan toe: ‘En ook elk drie kinderen.’ Want soms is het een dunne lijn tussen die mensen- en dierenkinderen. ‘En wij hebben ook een huis in Frankrijk’ beseft ze plots verwonderd, want in het vinden van overeenkomsten wordt onze dierbare band blootgelegd.

In die vijf dagen haal ik mijn hart op en kan ik proeven van het leven met een dochter. Een huppelend kind in de winkel, elk dier, echt of van stof, krijgt een aai over zijn bol. Een vlecht om de lange haren in de cabrio te bedwingen. Handstand tegen de muur en samen yoga doen. Nageltjes lakken en vingers laten glijden over kleurrijke schriftjes, stiften en potjes vol glitters. Maar ook de geweren van Gust in de aanslag, paardrijden en een akelige bijna levensechte krokodil voor in het zwembad. Want Billie is niet in één vakje te stoppen en ik zou in haar willen bijten van liefde als ik haar met een boek in de zetel aantref en mijn hart loopt over van trots als ze in volle concentratie weer een geweldige creatie op papier tovert. Heerlijk om van zo’n extra kind te mogen genieten van wie de eerste scherpe opmerkingen zich niet op mij, maar op haar moeder richten. En ook Bert is zo in zijn nopjes omdat zij met ‘Berta’s’ mopjes moet lachen en niet, zoals zijn zonen, met haar ogen draait.

Was al het moederen en vaderen maar zo makkelijk. Dat blijkt soms toch anders te verlopen. De jongste nodigt een bende vrienden uit en ’s avonds gaan ze ronddwalen in de buurt. Dat die jongens thuis hadden gezegd dat ze een avond voor de PlayStation zouden doorbrengen, zorgt natuurlijk voor een niet zo fijne verrassing als één van de vaders, een voormalige politieagent dan nog wel, zijn zoon in het donker in het dorp aantreft. ‘Dat hij niet oordeelt, maar dat hij er toch een andere opvoedingsstijl op nahoudt,’ zegt hij meermaals tegen Bert aan de deur. En elke ouder weet dat commentaar krijgen op de opvoeding van je kinderen prikt. ‘En dat hij als voormalige gendarme weet wat er allemaal ’s nachts in het dorp gebeurt,’ wat dan weer onze verbeelding prikkelt, want wij kunnen ons geen slaperiger dorp voorstellen.

Maar sinds we vorige week in het al even slaperige dorp Saintes-Maries-de-la-Mer te horen kregen dat de processie van de Zwarte Sarah, de patroonheilige van de gitans, afgelast zou worden omdat er op het marktplein twee rivaliserende zigeunerclans het vuur op elkaar geopend hadden, weten we dat alles mogelijk is. Maar nadat de gewonden per helikopter afgvoerd waren, één van de clans het dorp verlaten had, wij roodverbrand en uitgedroogd twee uren hadden doorgebracht op het verzengend hete strand, hebben we toch een glimps kunnen opvangen van de Zwarte Sarah die, gehuld in honderden manteltjes, de zee in en uit werd gedragen. Van kleurrijke jurken en kostuums, virtuose muzikanten of houten caravans geen sprake. Maar spannende nylon minijurkjes, gouden halskettingen, nektatoeages en Gipsy Kings covers in overvloed. Ik ben dus een illusie armer, maar van één ding ben ik nog steeds rotsvast overtuigd: dat wij het als ouders nog niet zo slecht hebben gedaan en dat Billie het bonusmeisje van mijn dromen is.

Zoals verschenen op: auparleur.be

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.