Verward

Het is mijn week niet. Ik ben veelal verward. Denk ik. Vermoed ik.

Het begint bij de dierenarts waar ik zo fier als een pauw mijn kitten met de twee halve voorpootjes uit haar mandje haal en ter controle in de handen van de dierenarts leg. Als trotse moeder wil ik horen dat ze er goed uit ziet. Zo levendig. Wel gevoed. Verzorgd. Sterk en levenslustig.

Maar de dierenarts kijkt verontrust naar haar stompjes. Zegt iets over inteelt en genetische afwijkingen en ‘de natuur zijn gang laten gaan’. Ze kijkt me nog net niet boos aan. Ze vervolgt: ‘Nu heeft ze daar geen last van maar als ze groter en zwaarder wordt kan dit’, en ze trekt hard aan de misvormde pootjes van Belle, ‘haar veel pijn en ellende bezorgen. Dan moeten we toch overwegen haar te laten inslapen. We willen uiteraard het beste voor haar, n’est pas Madame?’

Het is alsof iemand met een mes door mijn hart steekt. Tuurlijk wil je dat beestje niet laten lijden, maar waarom werd er enkele weken voordien door een collega beslist om haar, net gevonden, onderkoeld en zo klein, niet te laten inslapen omdat het zo’n vechtertje is?

Dus éénmaal buiten bel ik huilend naar Bert en zeg hikkend en met een vleugje drama, dat ze Belle willen euthanaseren. Bert aanhoort de uitleg en antwoordt: ‘F*ck that sh*t! Volgende keer ga je maar naar een andere dierenarts!’. En thuis zegt de zoon: ‘Waaat? Omdat ze twee halve voorpootjes heeft willen ze haar helemaal afslachten? F*ck that sh*t!’ En ik fluister in haar oortje: ‘je mag vooral niet te veel eten, je moet keihard je achterpoten trainen en ik ga mijn huis vol tapijten leggen zodat je zonder pijn door het huis kan springen.’

Die avond op televisie zegt Navo voorzitter Rutte dat we ons geestelijk moeten voorbereiden op een oorlog. En dat we best 50 euro cash in huis halen. Mij lijkt het logischer om voor algehele vrede in de wereld te pleiten maar hij doet ook maar zijn job en wilt eigenlijk dat wij ons geestelijk voorbereiden op grote defensiebudgetten. Maar die 50 euro cash, daar breek ik nu al enkele dagen mijn hoofd over.

En als het al niet erg genoeg is zegt Rudi Vranckx in zijn afscheidsinterview dat hij geen goede hoop heeft op de huidige ontwikkelingen in de wereld. Terwijl ik wil horen dat hij in zijn carrière als oorlogsjournalist een draadje hoop ontwaard heeft. Dat het toch, hoe traag en gestaag dan ook, in de goede richting evolueert met de wereld. Niet dus.

Ik word er moedeloos van. En schrijven lijkt me ineens zo’n hedonistische bezigheid. Een uitgeverij wilt mijn teksten en beelden bundelen en uitgeven maar bij het struinen doorheen mijn archief voel ik me plots een ‘imposter’, zo iemand die wat doet alsof. En alles verliest zijn waarde en kleur.

Heel even lijkt het me logischer om mijn Belle weer naar de vuilbak te brengen waar ze gevonden is ‘om de natuur zijn gang te laten gaan’, om bij de bank 50 euro af te halen voor als de oorlog uitbreekt en me volledig verlamd op de zetel te leggen want alles is toch naar de klote en het gaat helemaal nergens naartoe, dit leven.

Gelukkig heb ik altijd wat Berts wijsheid achter de hand die me in zijn armen sluit, samen met mij even diep in- en uitademt en me voorzichtig aanraadt om misschien nog eens op mijn yogamatje te kruipen. ‘Want daar wordt het hele huis heel rustig van.’ Zo gezegd, zo gedaan. En Belle valt onmiddellijk op de yogamat in slaap. Oooooommmmmm.

Zoals verschenen op: auparleur.be

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.